Verhuisd!
Lieve mensen,
Zo'n drie weken zijn weer verstreken en we zitten weer vol met indrukken die we graag met jullie willen delen. Het is alleen wat veel, pik eruit wat je interessant vindt om te lezen. We wilden het jullie ook niet onthouden. Hopelijk levert hebt op een donkere decemberavond wat leesplezier op. Ons huis is nog niet helemaal ingericht, dus die foto's volgen later nog!
Groetjes,
Joost en Marjolein
Winkelen
3 weken in Kameroen en eindelijk was het dan zover, verhuizen naar ‘ons huis'. Maandag stond Aziz om 9.00 op de stoep bij onze missiekamer om te vertellen dat we om 11.00 klaar moesten staan voor de verhuizing. Ze hadden inderdaad 2 tot 3 dagen gezegd, maar bij een eerder bezoek aan ons dorp en inspectie van het huis de week ervoor moest er nog zoveel gebeuren dat we dachten dat we dat maar met een Afrikaans korreltje zout moesten nemen. We hadden dus rustig aangedaan met het bij elkaar rapen van een huisraad. Veel sneller kon trouwens niet. Lopend of met onze nieuwe brommer kun je niet alles tegelijk meelopen, je zoek je een ongeluk op de markt naar het goede straatje, zoals het pannenstraatje, het kussenstraatje, het textielstraatje, de emmerstraat etc. Als je die dan eenmaal gevonden hebt volgt er een beleefdheidsgesprekje met de verkoper. Je moet je er namelijk eerst van verzekeren dat de verkoper goed heeft geslapen en hem mededelen dat ook jij heerlijk hebt geslapen. Pas daarna is het tijd voor zaken en begint het afdingen, waarbij beide partijen wat blablaargumenten en verhalen uit de kast halen om te legitimeren waarom hun voorgestelde prijs toch echt wel ok is. Van de jij bent mijn beste vriend en ik heb 10 hongerige kindertjes zijn ze hier niet. Ook weglopen om je vervolgens terug te roepen doen ze niet aan. Als de prijs je niet zint dan heb je pech gehad. Moeilijk in te schatten of dit wellicht een tactiek is. Het is soms moeilijk in te schatten wat iets moet kosten. We hebben wel een lijstje gekregen van VSO, maar dat is ook niet uitputtend. Als ze vast blijven houden aan een prijs, ben je geneigd te denken dat dat dan ook de echte prijs is. Maar of dat ook echt zo is.......Sommige verkopers gaan nog verder dan dat. Voor hen is de klant geen koning maar de verkoper. Je krijgt als je voor het eerst komt de slechtste producten voor een hoge prijs. Als je vaker komt en aardig voor hem bent (ik hoor dat je mijn vriend goed vlees geeft, ik hoop dat je dat ook aan mij wilt geven) betaal je langzaam aan minder en krijg je de betere producten. Het afdingen is wel grappig, maar die laatste methode heb ik nog wat moeite mee.
Verhuizen
We waren dus nog niet helemaal klaar om te verhuizen. Gelukkig zijn ze hier flexibel en mocht het ook een dagje later. Joost ging met de brommer vooruit om een vergadering van de gemeenteraad bij te wonen. Ik mocht met Aziz nog de hele stad door toeren om ons nieuw getimmerde bed, stoelen en tafel op te halen. Alles werd bovenop het dak van de VSO 4x4 gebonden. Zelfs in de stad trof dat wat bekijks. In de huizen die we tot nu toe gezien hebben staat vrij weinig tot niks, dus een auto vol met spullen en een dak vol met meubels (en dit waren nog niet alle meubels, we hebben nog geen kasten en onze keuken bestaat uit de koelkast en een matje op de grond met de voorraden) is enigzins decadent volgens lokale maatstafen. Door de vracht was Aziz gelukkig gedwongen langzaam te rijden over de slechte weg naar ons dorp. Eenmaal daar aangekomen stonden de kinderen van de huisbaas en wat buurtkinderen klaar om de auto uit te laden. Volgens de buurman vonden deze 6 a 7 jarigen dat leuk. Zelf stak ie geen vinger uit. De kindertjes hielpen allemaal fanatiek mee. Slechts eentje tilde de deksel van onze wateremmer (100lt) op om te kijken wat er inzat. Verder zaten ze nergens aan, maar waren wel nieuwsgierig naar de nasaraspullen. De waterfilter was bijvoorbeeld een nieuw item dat veel belangstelling trok. Toen alles klaar was en ik enigszins moe was van alle nieuwe indrukken bleven ze een beetje hangen. Maar een gebaar van hup naar buiten jullie was genoeg. Mensen zijn nieuwsgierig, maar op een afstand, beleefd en vriendelijk, altijd in voor een praatje, maar nooit opdringerig of vervelend (tenzij ze dronken zijn).
De buren
We hebben nu een klein beetje een idee van de samenstelling van de familie waar we bij wonen. Naar goed Kameroenees gebruik wonen we bij een polygaam gezin. Op ons deel van het erf staat ons huisje, het huis van de man en de carpoort. Achter de muur die dit geheel omringt staan 2 huisjes, voor elke vrouw een. Daar is ook de waterput, een soort van afvalberg, een afdak waar de vrouwen onder zitten en bidden (mannen gaan naar de moskee aan de overkant van de straat) en een afdak waar de geiten onder kunnen zitten en waarop hun eten voor de droge periode ligt. De 2 vrouwen hebben gezamelijk 15 kinderen, waarvan de jongste nu 2 weken is. Hoeveel kinderen er hier wonen en al uit huis zijn is nog niet helemaal duidelijk. Er loopt de hele dag van alles in en uit, maar wie nou hier hoort en waar die kinderen slapen is ons nog niet helemaal duidelijk. Ook weten we niet of en hoeveel kinderen van de familie op school zitten. Vast niet allemaal. Nadat Joost met de huisbaas had gebabbeld over de prijs die we voor electra gaan betalen moest ik naar buiten komen, zodat ie mij in zijn beste engels uit kan leggen dat ik twee van zijn dochters (die speciaal voor deze gelegenheid naar voren waren geroepen) mocht gebruiken voor hulp in de huishouding. De meisjes keken me verlegen aan. Ik weet nog niet helemaal wat ik met dit aanbod aanmoet. Zelf denk ik, vent, stuur die kinderen naar school. Maar vanuit zijn perspectief is het thuishouden van vrouwen het beschermen van vrouwen en is het heel normaal dat kinderen helpen. Ook is het voor de welgestelden normaal om hulp te hebben, rangen en standen lijken hier nog sterk aanwezig. Als blanke stroom je automatisch hoog in op de sociaal economische ladder en zou het wellicht onbeleefd zijn om de dochters niet aan te bieden. Ik heb er nog geen gebruik van gemaakt, wellicht dat ik het arme kind enorm teleurstel. Hmm, what to do?
Op de dag van onze aankomst was het marktdag en het zag, ja een beetje dubbelop hier, zwart van de mensen. Het was echt druk. Mensen komen vanuit de wijde omging lopend, fietsend of met de ossenkar hiernaar toe. Veel groente en fruit dat in de stad wel te krijgen is, is hier echter niet te vinden. Onze eerste aankoop bestond uit nog 2 matjes voor in de slaapkamer (ze hebben hier cementen vloeren met hier en daar wat gaten erin, altijd stoffig. Terwijl we het bekende babbeltje maakte met de verkoper hadden we een publiek van 25 kinderen. Ook iedereen schijnt te weten waar we wonen (kinderen roepen zo af en toe vanaf de straat nasara nasara, terwijl ze niet kunnen zien of we thuis zijn) en ze weten dat we een brommer hebben. De burgemeester had voor ons komst de bevolking van onze komst op de hoogte gesteld. Tweede missie van de dag was waterhalen. Op ons erf is een put war we gratis gebruik van mogen maken. Wel moeten we dan het vrouwenterrein op. Dat Joost kwam aanlopen met de emmer leverde de vraag op of HIJ water ging halen, dat was toch vrouwenwerk. Ze vinden het wellicht wat gek, maar ze lijken het wel te accepteren.
Chief
De volgende dag was het tijd voor een bezoekje aan de lamido, de chief. Zijn chefferie is naast ons huis (ja, we wonen op stand, naast de chief en tegenover de moskee). Joost had de beste man al bij de vergadering ontmoet. De chefferie bestond uit een enorme ruimte waar het zand netjes aangeharkt was en waar 1 matje, met daarop een kussen, een bidmatje en een klein radiootje stond. Dat was het. Het gesprek bestond uit het uitwisselen van de informatie over hoe goed je geslapen had, dat het hier warm is maar dat we daar wel aan wennen, dat het een oh zo leuk dorp is en de mensen oh zo aardig. De chef vertelde dat hij het opperhoofd is van 55 ‘onderchefs' en dat de chefferie bedoelt is voor de bijeenkomsten van al deze heerschappen, zodat ze eens kunnen babbelen over de actualiteiten, de politiek en de veiligheid. Voor de veiligheid heeft het leger hier ook zijn eigen kantoorgebouwtje met een adjudant. Wat hij hier doet is ons nog niet helemaal duidelijk. Er schijnen wel wat onderhuidse gevoelens tegen het huidige regime te zijn (in het engelstalige westen nog meer dan hier), wellicht dat het in de gaten houden hiervan de ware reden is van zin aanwezigheid. Na ons bezoek aan de lamido sprongen zijn aanwezige onderdanen op om licht te buigen en naar de grond keken terwijl hij langsliep. Onze buurman lijkt hoger in aanzien te staan. Hij zat op een afstandje bij het gespek en leek iets minder onderdanig. Na dit bezoek ‘mochten' we een wandeling door het dorp maken. Veel mensen zeggen gedag, kinderen groeperen zich op een afstandje en kijken blij op als je hallo tegen ze zegt of naar ze zwaait. Een oude man biedt ons een kopje thee aan in het zand (mensen zitten, liggen, slapen en bidden hier in het zand, het lijkt ze niet uit te maken. Ik heb elke avond jeukende voeten van al het stof) als welkom. Hij sprak alleen Fulfulde, een jongen vertaalde. Ook hier weer het gebruikelijke praatje.
Eten
In het dorp zijn wat winkeltjes, maar hoeveel we ermee kunnen is nog maar de vraag. Ze verkopen wel keelsnoepjes, bandenplakspullen en aftershave, maar brood is in het hele dorp bijvoorbeeld niet te krijgen. We hebben nu bonen gekocht, wat wellicht ons nieuwe ontbijt wordt. Gisteravond hebben we zelf brood gebakken van meel, zout, melkpoeder en water. Gek genoeg is het bruin brood (nee, niet aangebrand) geworden. Als oven hebben we een grote aluminium pot gekocht die je vult met zand. Op een paar lege blikjes zetten we dan de deksel van onze kampeerpannetjes neer als zijnde bakblik met daarop het deeg. Dat gaat dan op de gasbrander. Gas is trouwens in het hele land zo goed als op. Zelfs in Douala, de havenstad, is er vrijwel niks meer te krijgen, laat staan hier in het verre Noorden. Waarom weten we niet. Het enige gas wat we wel kunnen krijgen zijn kleine blikjes die op ons kampeerbrandertje past. Voorlopig zullen we het daarmee moeten doen. Het brood is goed gelukt, het duurt alleen lang en kost dus veel gas. Mensen zelf eten hier ‘s ochtends rijst. Ons menu wordt in de ochtend bonen, tussen de middag warm eten (door het gebrek aan tussendoortjes hebben we om 4 uur al honger) en dan ‘s avonds een salade, omelet of iets in die trant. Voor de warme maaltijd is er rijst, zoete aardappeld of gewone aardappels . In de stad is er ook bakbanaan, maar dat hebben ze niet in het dorp. Dit wordt gecombineerd met sperciebonen, wortelen of courgette, aubergine en groene paprika, vaak gesudderd in een sausje van tomaten, ui, knoflook en een peppertje. Toe doen we dan een mango. Tussendoortjes zijn bv een guave, gebrande nootjes (heel lekker) of een zoute cracker (ook alleen in de stad in 1 winkel te verkrijgen). Volgens de laatste berichten hebben onze Canadezen in 1 winkel pringles gesignaleerd! Ja, het zijn ware expedities om zulke dingen te vinden en deze zeer waardevolle informatie wordt dan ook gedeeld met andere nasara's. Voor de lokale bevolking zijn onze eetgewoontes vast erg ingewikkeld en luxe. Met bonen, rijst en een soort maistaartje overleef je ook. Af en toe een stuk geit erbij en klaar ben je. Op het marktplein in het dorp zijn wat ‘restaurantjes' die voor de deur een barbeque hebben waar de hele dag vlees geroosterd wordt. Het vachtje en het hoofd liggen vaak nog in het zicht zodat je kunt zien dat het vers is. Geiten lopen hier gewoon door de straten (in de stad ook, tussen de auto's en brommers door), af en toe vergezeld door een herdertje van een paar turfen hoog. De geiten van onze buurman weten dat ze hier wonen en lopen naar gelieve in en uit. Het geitengeblaat is ons standaard achtergrond geluid.
Frans en werk
Aan het leren van Frans ben ik nog niet echt toegekomen, het wennen, boodschappen doen, koken etc kost veel tijd en energie. Wel kan ik veel volgen. Ik moet me er nog toe zetten om er echt voor te gaan zitten. Maar de tijd dringt! VSO is bezig met een placement voor mij en als het allemaal lukt kan ik in januari al beginnen. Ze weten dat mijn Frans knudde is, maar dat lijkt geen punt te zijn. Dat leer je wel on the job is de filosofie geloof ik. Ik schijn niet de eerste te zijn. Het geven van engels was een gedachtenspinsel van iemand op kantoor in Yaounde, maar dit was bedoeld als vrijwilligerswerk. Het past namelijk niet in het onderwijsprogramma van VSO en daarom zou er vanuit VSO internationaal ook geen financiering voor komen. Veel mensen die in het onderwijsprogramma werken hebben een cluster van 4 basisscholen onder zich, waar ze zowel de kwaliteit van onderwijs proberen te verbeteren, als het bevorderen van het aantal meisjes dat naar school gaat, als basismanagement verbeteren. De komende weken gaat VSO Maroua kijken of er in Dargala en omgeving 4 scholen te vinden zijn, of de onderwijsinspectie die verantwoordelijk is voor deze scholen interesse heeft en of VSO internationaal akkoord gaat met deze placement zodat dit gefinancieerd kan worden en ik ook mijn eigen inkomen krijg). Ik hoop dat januari Afrikaanse optimisme is, dat geeft me nog wat meer tijd om iets aan mijn frans te doen. Maar ben wel blij dat er iets in gang is gezet wat eigenlijk is wat ik zelf in mijn hoofd had! Engels ernaast geven zou teveel zijn, maar wellicht dat ik een eigen priveklasje organiseer. De droom was altijd een boom ergens in Afrika met een paar kids en een schoolbord..............
Inkomen
Ons (nou ja, dat van Joost, maar aangezien we hier als getrouwd stel door het leven gaan toch ook dat van ons) inkomen bestaat uit 190.000 franken (285 euro) per maand. Voor ons is dit een vrijwilligersvergoeding, voor hier het inkomen van de boven modale burger. Een docent verdient namelijk maar tussen de 10.00-20.000 per maand, als ie al betaald krijgt (dat hangt ervan af hoe de pet van de corrupte ambtenaar in Yaounde staat en of de docent bereid is geweest een acceptabel deel van zijn inkomen af te staan aan die zelfde ambtenaar) Oh ja, je moet je salaris ophalen in de hoofdstad, 800 km, 25 reisuren(als je trein niet ontspoort of de bus geen lekke band krijgt) en 31.000 frank verder. We hebben het dus goed, al zijn onze nasara producten als onze voedingswaren en douchegel wel duur. Een fles douchegel kost 2000 frank (3 euro), mijn zoute koekjes (2 rollen in 1 pak 1.65, een stokbroodje 15 cent, 4 uien 30 cent, een kilo meel 75 cent, een plastic bidmat 3 euro, een biertje of frisdrank in de kroeg (66 cl) 75-90 cent, een lokale maaltijd in een restaurant incl. Drankje 1,5 euro, een ventilator 24 euro, een emmer 1,5 a 2 euro, een bord een euro, een ritje op de mototaxi door de stad 15 cent, een pot honing of jam 3 euro, een liter benzine van het tankstation 90 cent en op straat in zonnebloemolieflessen 50 cent. Voor 6,75 kun je op de missie logeren, voor 3 euro meer heb je een kamer met eigen badkamer en airco. Onze brommer heeft tijdens zijn eerste 100 km 2 liter bezine gebruikt, die Chinezen kunnen wel wat! We zouden ook met 1 inkomen dus wel een eind moeten kunnen komen. Een bankrekening hebben we nog niet, ook dat schijnt een operatie te zijn. De oude sok doet het hier nog goed.
Operatie douche
Zoals alles hier, is ook douchen een operatie op zich. Misschien moeten we er nog wat handigheid in krijgen. Er is geen stromend water in huis, dus opeens moet je erg nadenken over hoe je de afwas doet, je handen wast, je tanden poetst en waar je vervolgens dat water laat. In onze ‘badkamer' (een klein muf hokje met een Europese wc (met bril!) en verder lege ruimte) heeft een gaatje in de muur, das de afvoer. De afvoer ligt wel tussen de deur en de wc dus je krijgt na een douche altijd natte voeten. We hebben een campingdouche meegenomen, maar die hangt nog niet hoog genoeg om goed door te stromen. Daarom ziet operatie douche er als volgt uit. Een van ons gaat in onze wastobbe staan, in een poging zoveel mogelijk water op te vangen en dit later als doorspoelwater te gebruiken. De ander houdt de slang van de douche zo vast dat er wat water uitkomt en bedient het kraantje. Tijdens het insoppen heb je geen water nodig. Degene die doucht sopt en vertelt de ander wanneer en waar er water nodig is. De helft van het water valt natuurlijk naast de wastobbe. Halverwege heb je kans dat het licht uitvalt, of dat de waterzak toch nog bijgevuld moet worden terwijl je met een hoofd vol shampoo staat. Maar met een liter of 5 kom je een heel eind! We lijken nu aan zo'n 40 lt per dag met z'n 2-en genoeg te hebben. Dit vinden we zelf een hele prestatie, gezien in NL het gemiddelde zo'n 130 lt per dag is. Hoeveel de locals hier gebruiken weten we niet.
Slachtfeest
Twee dagen na onze aankomst was het slachtfeest, een belangrijk feest voor de moslims. Op donderdagavond begon het feest. Het dragen van een rok leek toch wel gewaardeerd te worden, vrouwen met broeken zijn er wel maar genieten weinig aanzien en zijn vooral naast de palmwijn'winkel' te vinden. Dus toch maar een rok aan. Mijn christelijke tot over de knieen rok is niet goed genoeg, hij moet tot aan de gronde komen. De sarong werd wel goed gekeurd. De buurman zou ons ophalen voor het feest zodat we allemaal samen zouden gaan. Op straat was het al druk met kleine jongetjes. De buurman kwam aanzetten, maar in het vrouwenkwartier leek weinig activiteit. De buurman nam ons mee naar de lamidad, de chefferie. Daar stonden grote drommen jochies te dansen op de muziek van 2 trommelaars en een fluitist. Hij vond dat er maar even 2 stoelen voor ons geregeld moesten worden. We stonden wat achteraf en vonden dat prima. De buurman liep weer terug naar huis. Even later werden we toch op 2 stoelen voor de ingang van de lamidad geparkeerd, mooi centraal en voor iedereen zichtbaar. Met wat ceremonieel kwam vervolgens de lamido aan, die zijn chefferie in ging en na een tijdje weer naar buiten verscheen en weer per auto met chauffeur vertrok naar zijn huis 200m verderop. De muziek veranderde, een zanger, met microfoon, zong onder begeleiding van een soort van banjo en 4 trommels in de vorm van een halve uitgeholde en omgekeerde kalavas zong onwijs eentonig liedjes voor ons die allemaal op elkaar leken maar eindeloos doorgingen. Een eentonig gejammer, das misschien de meest duidelijk omschrijving. Er werd gezongen over de lamido, die nu 3 jaar aan de macht is. Ze waren blij met z'n komst en hij was geweldig. Ook wij werden toegezongen, de nasara's zijn gekomen, we zijn er blij mee en heten ze welkom, was ongeveer de strekking van het verhaal. Tijdens deze serenade kwam de lamido het feest weer met een bezoekje vereren. We werden deze keer uitgenodigd om de chefferie binnen te gaan en een schaaltje brouillie met de beste man te drinken. Dit is wat veel mensen eten als maaltijd, 2 keer per dag, vaker schijnen ze niet te eten. Het is een mix van rijst, melk en suiker, onze buuf doet daar nog gemalen pinda's bij. Niet heel culinair, maar best te doen. En natuurlijk een hele eer om door deze man uitgenodigd te worden. Na deze maaltijd ( die we inmiddels wel konden gebruiken, we hadden er niet helemaal op gerekend om urenlang op het feest te zijn) mochten we weer van de muziek gaan genieten terwijl een paar honderd jongetjes naar ons zaten te kijken. De meisjes waren op 1 hand te tellen, de enige vrouw was de concierge van de lamidad. Deze vrouw en de chief werden door de fluitist toegespeeld, waarop ze hem geld gaven. Hierna vertrok de lamido weer en zochten wij een gelegenheid om ertussen uit te knijpen. Dat was echter nog niet de bedoeling. We moesten eerst nog toegespeeld worden, zodat er ook wat geld uit onze broekzak tevoorschijn kwam. Dat was blijkbaar een goede zet. De jongetjes begonnen weer te dansen en een tiener legde ons uit dat wij ook moesten komen dansen. Dus Joost wilde wel een dansje met die kleine gastjes maken, maar zodra hij opstond stapden ze achteruit en bleven staan om hem aan te staren. Alleen een paar tienerjongens waren ‘dapper' genoeg om met Joost te dansen. De enige vrouw kwam ook in het danskringetje, wat ik maar als een boodschap opvatte dat ik haar voorbeeld moest volgen. Daar stonden we dan, onder de Afrikaanse sterrenhemel, met een paar honderd starende kindertjes om ons heen, mee te deinen op het ritme van de trommels. Toen de muziek eindelijk gestopt was hebben we de mensen in de lokale taal bedankt en welterusten gewenst. Maar het was nog niet klaar. Een paar jongens wilden ons nog wel even de hand schudden en een babbeltje maken. Dit ging natuurlijk gepaard met een hoop nieuwgierige aagjes die wederom om ons heen kwamen te staan. Deze nieuwsgierige aagjes volgden ons ook naar huis, alsof we de rattenvangers van Hamelen waren. Voor de poort bleven ze staan.
De volgende dag was pas het eigenlijke feest dat bijna net als onze kerst is: het bestaat namelijk vooral uit eten. Eerst was er een bidsessie op het centrale bidveld naast het gemeentehuis. Het
duurt een uur voordat iedereen er is en men kan beginnen. Na het bidden gaan de belangrijke heren in de koran lezen, de rest van de bevolking gebruikt dit als een soort van pantoffeluur. Als de
heren zijn uitgelezen (ik ben benieuwd of de rest vd bevolking ooit een Koran van binnen heeft gezien) volgt een laatste gebed en spoed iedereen zich naar huis om een schaap te gaan slachten. Onze
buurman was erg trots op het feit dat hij 4 van zijn eigen schapen ging slachten. 1 voor elke vrouw en 1 voor de kinderen van elke vrouw. We moesten uiteraard komen kijken hoe hij eigenhandig dit
‘schaapje ging wassen'. We hadden wel uitgelegd dat we dit thuis nooit zien. Vlees is een roze lap in plastic verpakt in de supermarkt, een schaap is een beest in een weiland. Een relatie
daartussen is er niet (we weten het natuurlijk wel, maar eigenlijk willen we het niet weten en al helemaal niet zien). De conclusie dat we dat slachten maar zozo vonden werd door de buurman zelf
niet getrokken, voor hem is het de normaalste zaak van de wereld, en eigenlijk heeft hij ook wel gelijk. Joost stond met de camera klaar voor een filmpje, tot groot plezier en trots van de buurman.
Na schaap nummer 2 vonden we het wel even mooi geweest. De jongens ontdeden de beestjes van hun vel en scheidden de ingewanden van de rest van het vlees. Dit wordt echter niet weggegooid, alles
wordt opgegeten, incluis het hoofd. De vrouwen zijn de rest van de dag bezig met het snijden en braden van vlees, in de hele tuin werden door de kinderen vuurtjes gemaakt. Het rooster van een oude
ventilator werd als rooster gebruikt. Wij mochten ook ons deel uitzoeken, daar hebben we nog 4 dagen goed van gegeten. Zoiets als samen eten lijken ze hier niet te kennen. Pa is de enige van de
familie die op een stoel zit en wordt als eerste bedient. Daarna worden er voor ons stoelen aangerukt, want blanken kunnen niet op de grond zitten (ze vinden het een beetje raar als we dat wel
doen. Zelf krijgen ze pijn in hun voeten (?) als ze lang op een stoel zitten). Vervolgens werden wij bedient. Gelukkig was het ‘gewoon' vlees, hier en daar wat vet en een beetje lever. Dit keer
geen maagwand, dat krijg ik echt niet weg. De vrouwen en kinderen moesten wachten tot er ander vlees gaar was. Als er een schaaltje vol is verzamelen zich een paar kinderen op de grond rond het
schaaltje om vervolgens met hun handen het eten op te eten. We kregen uitleg over wie nou wie was en waar woonde/sliep. Na deze introductie hebben we onze familie en vrienden geintroduceerd aan de
hand van foto's. Het blonde haar van Joost zijn nichtjes was natuurlijk opvallend en de foto van de familie rond de tafel was ook opmerkelijk; he jullie zitten aan tafel ipv wie zijn de mensen op
de foto. Na dit maaltijd was het tijd om bij de burgemeester te gaan eten. Bij zijn huis heeft hij een gebouw staan met daarin 1 ruimte, de ontvangstzaal, 2 keer zo groot als ons huis. Aan de kant
staan banken en stoelen, op de grond liggen matten. Dat is het. Het was duidelijk een beleefdheidsuitnodiging. Een paar andere belangrijke heren (o.a. de secretaris generaal van de gemeente, het
hoofd van de lokale kliniek) kwamen ook een hapje mee-eten. Wij moesten uiteraard op de bank zitten. De burgemeester kwam bij ons zitten voor een babbeltje, de andere heren zaten op de matten met
hun rug naar ons toe, en aten en dronken wat wij niet wilden of opkonden. Na dit bezoekje moesten we nog langs de onderprefect, een figuur (volgens Frans systeem) die door de president wordt
benoemd en de boel een beetje in de gate moet houden. Ze zijn hier erg van de ‘belangrijke' functies: er is een prefect en een onderprefect (pionnen van de president die al 27 jaar aan de
‘democratische' macht is, een burgemeester (democratisch gekozen, voor zover mogelijk, gemeente met een burg vanv de oppositie zien hun inkomen plots dalen of bevriezen), een chief en 55
onderchiefs
(de traditionele macht met het meeste aanzien onder de bevolking). Wie nou precies waar vor verantwoordelijk is is ons nog niet helemaal duidelijk. De prefect begreep gelukkig dat we genoeg gegeten
hadden, een drankje was voldoende. Dit was frisdrank, een luxe die de meeste mensen hier zich niet kunnen permiteren. Dit werd binnengebracht door een oude man met versleten kleren, die ons niet
aankeek (das een teken van respect hier) en verbaasd opkeek toen ik hem bedankte. Bijna op het slaafse af, wat hij waarschijnlijk ook is. Die verschillen lijken zich ook voor te kunnen doen binnen
1 familie. Zo is de broer van de burgemeester zijn chauffeur, die buiten wacht tot meneer klaar is met zijn business en weer verder wilt. De broer fungeert af en toe ook als onze chauffeur en doet
dan hetzelfde. Hij was dan ook enigzins verbaasd dat we zeiden dat we de 500m van de prefect naar ons huis wel konden lopen, zodat hij op deze feestdag ook naar zijn familie kon gaan. De broer van
de grote man bij VSO verzorgde tijdens onze training de lunch en bleef altijd op de achtergrond en ging niet op onze uitnodiging in om bij ons aan tafel te komen zitten en mee te eten. Grote broer
lief deed dit wel. Kleine broer mocht pas eten als wij klaar waren en at dus de kliekjes op. Vinden ze hier heel normaal. De prefect liet ons een hoop foto's zien van zichzelf in uniform, van
installaties en parades, een andere locale hobby. We moesten goed het verschil weten in de uniformen van hem en van de superprefect. Na deze les konden we naar huis om te slapen en uit te buiken en
nog wat na te dromen van alle indrukken.
Een koninklijke baby
Een week geleden is het 30ste kind van de lamido geboren. Volgens hem het 30ste kind, volgens de buurkinderen zijn het er 37. Hij heeft 7 vrouwen, dat hoort bij een man van zijn statuur. Drie wonen er op het terrein van de chefferie, lekker makkelijk als je tijdens het werk zin hebt zullen we maar zeggen. De andere 4 wonen bij zijn woonhuis. Met de oudste zus van ‘onze' familie mocht ik mee naar de vrouwenbijeenkomst die standaard wordt gehouden een week na de geboorte. Alle vrouwen van het dorp en omstreken komen bijeen en nemen allemaal iets mee. Als je je cadeau in de pot hebt gelegd staat een van de vrouwen op om heel hard te schreeuwen dat die en die dit cadeau heeft gegeven, zodat iedereen dit weet. Er waren veel blokken zeep (het soort zeep dat bij ons duur wordt verkocht als zijnde authentiek of country, dat is hier de enige zeep, op de nasara douchegel na, en ze gebruiken dit als zeep, wasmiddel, afwasmiddel, douchegel en shampoo), lappen stof voor een nieuwe jurk, kinderkleding en geld (wisselgeld was beschikbaar). Ik mocht wat foto's maken en moest natuurlijk het nieuwe prinsesje even vasthouden. Wederom was er een hoop gestaar. Een van de oude vrouwen had nog de ouderwetse tatoes in haar gezicht en een ring door haar neus. Helaas durfde ze niet met me op de foto. Zowel ik als de camera waren eng. Ik was wel interessant, maar dan wel op veilige afstand. (de volgende dag kwam ik haar op de markt tegen en kreeg ik wel een hand, dus ik ben al minder eng. Ze spreekt helaas geen Frans)Uiteraard waren er vrouwen eten aan het klaarmaken en als het vlees klaar zou zijn zou de naam bekend worden gemaakt. Dit heb ik niet meer meegekregen want meneer was ‘op kantoor' en we moesten hem als vader ook nog even gaan feliciteren. De zus ging voor de ingang gehurkt zitten, kijken naar de grond, vragen of we naar binnen mochten. Ik bleef maar achter dr staan, niet goed wetend of er van mijn nou ook verwacht werd om me zo onderdaning op te stellen. We mochten naar binnen waar ik op een stoel mocht zitten en de zus op de grond, wederom naar beneden kijkend. Na het uitwisselen van wat beleefdheden kreeg ik twee zakjes snoep mee, een voor mij en een voor Monsieur. Het was tenslotte het einde van het verjaardagspartijtje!
Onderwijs
Aan het einde van de middag gaan we bij de buurvrouw langs voor een babbeltje, als ik al niet eerder ‘ontboden' wordt. Ik heb je vandaag nog niet gezien, is dan de begroeting. Ze weten nog niet goed wat we de hele dag doen, wat we eten etc, maar zijn er wel nieuwsgierign naar. We hebben ook meer de neiging om binnen te zitten zodat we aan tafel kunnen werken. Op ons terras is geen schaduw. Voor het huis hebben we een veranda, maar deze ligt aan de straat. Dat trekt geheid aandacht en bezoek, dus als je wilt werken is dit niet echt de ideale locatie. De buurvrouw blijkt de meest ontwikkelde vrouw van het dorp te zijn en is voor veel nieuwkomers een beetje het ontvangstcomite en sociaal opvangnet.
Zo ontmoeten we de geografie/geschiedenisdocent , Eric, van de middelbare school die bij de buuf op kraamvisite was. Docenten worden hier door de overheid ergens in het land geplaatst. De meeste docenten komen uit het zuiden, waar meer mensen naar school gaan en ook hoger onderwijs volgen. Dit alles staat in het noorden nog in de kinderschoenen. Hij komt uit het zuiden en heeft zelf om plaatsing in het noorden gevraagd, omdat hij het belangrijk vindt dat ook hier ontwikkeling op gang komt. Hij vertelde dat de middelbare school vooral door jongens wordt bevolkt. Hij heeft geen wereldkaart, alleen een schoolbord. Hij werkt volgens een methode, maar de kinderen hebben geen boeken, alleen een aantekeningenschrift. Ze schrijven alles netjes op, maar hebben vaak geen idee wat ze opschrijven. Vele komen het dorp nooit uit, laat staan dat ze in andere delen van het land zijn geweest. Een beeld hebben ze dus niet bij een tropisch regenwoud of de atlantische kust, laat staan van Europese of Amerikaanse steden. Het aantal tv's is hier op 1 hand te tellen dus deze bron van informatie en beeldvorming is ook praktisch niet aanwezig. In het dorp hebben we nog geen krant gezien. In Maroua (de hoofdstad van de regio met zo'n 200.000 inwoners) kun je het aantal winkels dat kranten en/of boeken verkoopt letterlijk op 1 hand tellen. Wij hebben geen idee hoeveel we meekrijgen van tv, tijdschriften en kranten. Maar ook van volwassenen die praten over politiek en het nieuws. Van vakanties. Van ouders die vragen naar hoe het op school was, van voorlezen, van speelgoed en spelletjes. Dat ontbreekt hier allemaal. Ik heb nog geen stuk speelgoed gezien, zelfs niet zelfgemaakt. Ja, 1 voetbal, verder gebruiken ze daar kalebassen voor. Die hele basis, die wij, zo lijkt het, ongemerkt meekrijgen ontbreekt hier. Daar komt nog bij dat ouders niks geven om onderwijs en kinderen komen en gaan naar school wanneer ze willen, zo vertelde Nathalie me. Zij komt ook uit het zuiden en is hier naar toegestuurd tegen haar zin in om les te geven op de basissschool. Ook hier zitten er 120 kinderen in 1 klas. 1 klas krijgt de halve dag les, om daarna plaats te maken voor een andere groep. Bijkomend probleem is de taal. Thuis wordt er Fulfulde gesproken, de taal in een groot gedeeltje van de Sahel, niet alleen hier in het noorden van Kameroen. Leerlingen kennen dus geen frans als ze aan school beginnen maar moeten ze wel meteen alles in het Frans doen. Een goede basis ontbreekt dus ook op dit vlak. Op de middelbare school is geen docent Frans, dus ze krijgen geen goed beeld van de frans als taal, de grammatica. Die is hard nodig voor het engels en duits dat ze moeten leren. Wat dus ook niet echt lukt, ook door wederom gebrek aan docenten. Waarom ze hier duits leren is ons niet helemaal helder, ik denk dat je die energie, tijd en geld beter kan besteden aan het verbeteren van het onderwijs in het engels. Beter 1 ding goed dan 2 dingen slecht. Op de middelbare school is wel een docent duits, maar geen docent frans en ook geen docent engels. De directeur kan goed engels, maar een directeur is druk met directeur zijn en hij geeft dus geen les. De gegoede burgers van dit dorop sturen hun kinderen dan ook naar de tweetalige school in de stad. Eric (de docent geografie) geloofd in de mogelijkheden, Nathalie ziet het somber in. De buurvrouw nodigt me bij deze bezoekjes uit omdat ze graag ziet dat ik iets ga doen hieraan. Ze weet dat ik waarschijnlijk via VSO iets kan doen maar hoopt op meer. Ze stelde voor om tijdens de kerstvakantie (of hoe dat hier ook mag heten) voor de leerlingen van de middelbare schol een cursus engels te geven. Na mijn halve ja is ze al met ouders gaan praten. Opzich best leuk, ik heb naast het huishouden en het frans nu toch nog niet zoveel om handen. Ondanks dat ze het terrein bijna niet af lijkt te komen, regelt ze en koppelt ze mensen aan elkaar. Ze is nu met zwangersschaps verlof, maar ze is de secretaresse van de burgemeester. Ze vindt dat ze in deze functie toch wel met een computer moest kunnen omgaan en vroeg of Joost haar dit niet kon leren. Ik bood haar aan om dr te helpen, omdat ik niet werk en Joost wel. Ze leek enigzins verbaasd dat ik dat ook zou kunnen. Hier volgen mensen een opleiding hiervoor. Dat het bij ons verwacht wordt dat je met een computer kunt omgaan en dit er op school nog zo half bijleert snappen ze hier niet.
Wist je dat:
- Je hier druiven per stuk kan kopen.
- Je langs de kant van de weg kan tanken? Je koopt bij een jongetje de inhoud van een zonnebloemoliefles en vult daar ter plekke je tank mee.
- Door het stof er altijd grote hoeveelheden zwart prut uit je neus komt?
- Dat er hier een stam is die de nasara's worden genoemd.
- Dat er hier overal kapotte 4x4 staan, die moeten blijven staan zodat donoren kunnen zien dat ‘het' er nog is.
- Dat je altijd afkoopgeld in huis moet hebben voor het geval van een overval.
- Dat onze boter uit Den Dolder komt.
- Dat Kameroenezen doel zijn op Maggi blokjes, ze gooien het overal door.
- Er in Maroua een straat is die, als er straatnamen waren geweest, vast de ik denk terwijl ik poepstraat genoemd zou worden.
- Dat je kippen kan vervoeren op je moto door de poten bij elkaar te binden en ze aan je stuur te hangen.
- Sommige kinderen en oude vrouwen bang voor ons zijn. Wat zouden ze zien (twee geesten op een brommer met en pan op hun hoofd)?
- Er in heel Maroua 3 wasmachines zijn.
Reacties
Reacties
Met enorme interesse, gepaard aan wat verbazing ken-
nis genomen van dit lange gedetailleerde reisverhaal.
Wat maken jullie toch veel mee jongens. Jullie bevinden
zich in het échte, ongepolijste Afrika. Back to the basis,
vergeleken met ons leven is het niet te geloven, ondanks
alle tv-beelden. Wens veel succes met alles. Liefs van mij.
Hoi Beiden,
Inderdaad een lang verhaal, maar zeker leuk en ook heel grappig. Marjolein, ik ZIE je dit verhaal gewoon vertellen!
Geen nieuws krijgen lijkt me echt raar. Hier hoef je niet eens moeite te doen om een beetje nieuws mee te pikken.
Nieuws van hier: de VS stuurt meer militairen naar Afganistan, wij gaan daar toch echt weg. Ramses Shaffi is overleden en Ronald Koeman is weg bij AZ.
Natuurlijk nog veel meer, maar dit is wat mij te binnen schiet.
Die brouillie, klinkt wel een beetje als wat ik ken als "stijve rijst". Rijst opgekookt met melk, klontje boter er op. Met bruine basterd suiker en wat kaneel bestrooien en smullen maar! Sommige mensen walgen ervan, ik vind het heerlijk.
Veel succes en plezier met alle nieuwe indrukken. Ik wacht met smart op het nieuwe verhaal.
Groeten Elma
Superleuk dat jullie ons meenemen in jullie avonturen! En Marjolein, fijn dat VSO waarschijnlijk iets voor je heeft in januari (of iets later).
Zo te horen heb je daar idd nog helemaal geen tijd voor... Als je je brood moet bakken op een campeerpitje en bij elke boodschap een half uur gezellig moet kletsen is je dag zo voorbij..
Succes beiden en voorzichtig op jullie Chinees hoor!
groetjes Dorieke
Hoi Marjolein en Joost,
Wat leuk om zoveel van jullie dagelijkse zaken te lezen. Ik zie het helemaal voor me.
Veel succes met allerlei zaken. Zo te lezen, is er genoeg te doen, als je maar ergens een ingang vindt.
Benieuwd naar vervolg.
Gesmuld van jullie verhaal!!!!!
Hoi nichtje, halverwege je verhaal heb ik opgegeven, maar ik heb een excuus. Mijn lieve dochter Meike wilde ook graag wat aandacht. Ze is 28 november geboren en is een gezonde dame van bijna 4 kg.
Ik vind het geweldig om jullie verhaal te lezen trouwens. Raldy heeft de link gestuurd. Wat een onderneming zeg. Wel erg decadent hoor, 40 liter water per dag....;-) Ik zie uit naar je volgende bericht(je). Groeten van de familie Groenbos (die van mij)
Hoi Joost en Marjolein,
Wat een prachtige verhalen. Maar wel wennen aan het ritme, de temperaturen e.d. denk ik maar zo.
Het is wel een heel ander leven dan hier in dit op het ogenblik (en voorlopig nog wel denk ik) witte Nederland.
Fijne Kerstdagen (ben benieuwd hoe en of jullie dit vieren), een heel goed nieuwjaar en
Hartelijke groeten!
In krant of tijdschrift kom je regelmatig advertenties tegen over avontuurlijke reizen, b.v. naar Nepal of Mali of zo. Maar natuurlijk wel met de zekerheid van een 4x4 die het altijd doet en altijd brandstof heeft, en 's avonds, na een goede maaltijd met hooguit wat regionale ingredienten, b.v. geit, ervaringen uitwisselen met de medereizigers onder een palm of bij het haardvuur, al naar gelang. En dat heet dan avontuur... . Van Anke, die veel in Oekraine, Tadjikistan en andere Stans zit, hoorden we wel eens zulke verhalen: b.v. je vraagt in het hotel wanneer er water is, en bedoelt dan welk dagdeel. Je wilt tenslotte je boodschappen wegspoelen en je tanden poetsen. Antwoord: in september (het was april)
Door het lezen van jullie verhalen ga je toch heel anders over avonturen denken, jullie weten zelden waar je aan toe bent, alles wat je hier geleerd hebt, aan gewend was of heel normaal vond geldt daar kennelijk niet, waarbij het taalprobleem nog tamelijk ondergeschikt lijkt.
Leuk om te zien dat jullie al een motortje hebben aangeschaft, zo te zien een Chinese Honda-kloon. Niet de nieuwste, want ook het voorwiel is nog met een trommelrem uitgerust. Ik had de indruk dat jullie het voertuig gebruiken waarvoor hij gemaakt is, nl. transport, van wie of wat dan ook. Was hier vroeger ook zo: ik zie ze nog voorbij komen, ergens in de jaren '50 langs de Zeeweg: pa op de brommer, waarschijnlijk ergens uit Amsterdam of de Zaanstreek, moe schrijlings achterop, een rotanstoel tegen zich aangeklemd. Kennelijk ging het goed, want op weg naar tentenkamp Bakkum waren ze er bijna.Die viertaktjes zijn trouwens inderdaad zeer zuinig, en door de beproefde techniek ook nog eens betrouwbaar. Hebben ze daar ook z.g. systeemhelmen? je klapt dan het vizier compleet met kinstuk in 1 keer omhoog, zodat je je bril bij het op- en afzetten op kunt houden. Indien leverbaar: aanbevolen!
Over de uitdruking "het ziet hier zwart van de mensen" hoef je niet al te moeilijk te doen. Een paar jaar geleden waren er in de binnenlanden van Suriname overstromingen. Een paar dagen later zien we Fokke en Sukke acher een bureautje zitten -laptopje, telefoontje, zakelijke frons op 't gelaat- "... met het hulpcomitee Suriname Blank..."
Vanmiddag, Nieuwjaarsdag, bij Petra uitgenodigd, weten nog niet wat er op tafel komt, het winterweer rechtvaardigt boerenkool, al is de sneeuw weg. Er komt echter wel een koudegolf aan, met temperaturen tot minus 12. Kan me voorstellen dat jullie wel eens een uurtje de helft willen, in die tropenhitte. Toen ik indertijd uit Suriname terugkwam, waar je natuurlijk 's middags een middagslaapje hield, heb ik nog maanden last gehad van om circa twee uur dichtvallende ogen. Zo, dat weet je alvast. Maar morgen eten we eend, gevangen in een kooi op Terschelling, en door onze eigen kooiker de nek omgedraaid. Trouwens, in september hebben we ook drie konijnen meegenomen, bleek hij ook te leveren; de kopjes zaten er nog aan, dus over jullie geiten moet je maar niet te moeilijk doen.
Voorlopig uitgebabbeld. Groeten van Bert & Hanneke
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}